De Parade in Den Haag moet een van de gezelligste zijn. Het terrein is omgeven door bomen en water. Over een bruggetje moet je, voordat je je in het gedruis kunt hullen. Daarna is het alsof je een andere tijd instapt. Een ouderwetse zweefmolen, een enorme grill waar kreeften op worden bereid, lakeien en een bruid op een orgel. Zijn we beland op de set van Carnivale?

De zon heeft mensen uit hun tent gelokt. Het is druk, de sfeer is gemoedelijk, en voor ons is het Première dag.
Om 20.15u is het zover. Onder aan de Brandtoren staan zoveel mensen dat we haast wel uitverkocht moeten zijn. En inderdaad, op een enkel krukje na zit onze Brandtoren vol. Het gordijn gaat dicht, het kan beginnen.

Marijke Broekhuijsen is aan het woord over Piet, de man van klei. In mijn ooghoek zie ik een meisje naar boven kijken en voorzichtig wijzen. Ze lacht. Ik kan mijn nieuwsgierigheid niet bedwingen en kijk naar het dak van de tent. Daar lopen twee meeuwenvoeten! Ze maken een rondje en steken dwars over, blijven even staan. Het vinden van de ingang is voor een meeuw natuurlijk niet zo vanzelfsprekend. Dan maar op het dak genieten van een vrouwenkoor en verhalen.

Wij zingen door, van je ‘oeoeoe’ en ‘uuu’ en ‘dolo rosaaa’ tot de laatste ‘filius’. Het publiek kijkt, pinkt een traan of glimt een lach. En de meeuw, die vliegt terug, naar z`n vrienden.

Champagne!